20240621 RaadvanAdvies AnnualReport

52

Ook hee de Raad de regering geadviseerd om in de vorm van een weelijk verankerd plan of in nadere regelgeving aan te geven met welke concrete maatregelen de grenswaarde van 50 µg/m³ voor zwaveldioxide binnen het jdsbestek van vijf jaar bereikt moet worden. In dat kader hee de Raad de regering tevens geadviseerd om in het ontwerp luchtkwaliteitseisen een grondslag daarvoor te creëren. Ten aanzien van het tweede aspect dat bij de belangenafweging een rol hee gespeeld, hee de Raad de regering erop gewezen dat er in de uitspraken van het EHRM geen aanwijzing te vinden is dat de beperkte capaciteit en middelen van de overheid als relevante factoren moeten worden beschouwd bij de beoordeling van de vraag of de overheid verplicht is maatregelen te treffen ter beëindiging van de aantasng van mensenrechten uit het EVRM. Aan de regering is geadviseerd daar in de memorie van toelichng op in te gaan. 72 Fijnstof (PM10), fijnstof (PM2,5) en skstofdioxide (NO2) De in het ontwerp luchtkwaliteitseisen voorgestelde grenswaarde voor de jaargemiddelde concentrae van de luchtverontreinigende stof aangeduid als fijnstof (PM10) in de buitenlucht van 50 μ g/m³ ligt 10 μ g/m³ boven de grenswaarden binnen de EU en in Nederland. De in het ontwerp luchtkwaliteitseisen voorgestelde grenswaarde wijkt ook sterk af van de WHO-advieswaarde van 15 μ g/m³ voor fijnstof (PM10) in de buitenlucht. De Raad hee geoordeeld dat de in het ontwerp luchtkwaliteitseisen gemaakte keuze voor de grenswaarde van fijnstof (PM10) gerechtvaardigd kan zijn, waarbij tegelijkerjd ook voldaan wordt aan de hierboven aangehaalde uitspraak van 26 augustus 2019 van het GEA. Nieemin vindt de Raad het nodig dat de regering in de memorie van toelichng of in nader vast te stellen beleid of in een weelijk verankerd plan aangee met welke maatregelen en binnen welk jdbestek de WHO- advieswaarde moet worden bereikt. Met betrekking tot de luchtverontreinigende stoffen fijnstof (PM2,5) en skstofdioxide geldt dat de gekozen grenswaarden voor de concentrae van die stoffen in de buitenlucht overeenkomen met de grenswaarden binnen de EU en in Nederland, namelijk 50 μ g/m³ respecevelijk 70 μ g/m³ en met de interim WHO-waarde, de zogenaamde IT-norm , van IT2 voor fijnstof (PM2,5), respecevelijk IT1 voor skstofdioxide , maar niet met de WHO-advieswaarde. De Raad hee de regering geadviseerd om voor de grenswaarden van de jaargemiddelde concentrae fijnstof (PM2.5) en skstofdioxide in de buitenlucht in de memorie van toelichng aan te geven binnen welk jdvak of op welk concreet moment IT3 en IT4 als grenswaarden zullen worden gezien zodat stapsgewijs naar de advieswaarde van de WHO toegewerkt kan worden. 73 75 74

72

Zie ook: D.G.J. Sanderink, Het EVRM en het materiële omgevingsrecht, Deventer: Kluwer Wolters 2015, p. 185. De advieswaarden zijn gezondheidskundige grenzen voor de concentrae van verontreinigende stoffen in de buitenlucht. Deze waarden kunnen als tussenstap worden gebruikt om stap voor stap toe te werken naar de WHO-advieswaarden. Deze stappen bestaan uit: IT1: 70 µg/m3, IT2: 50 µg/m3, IT3: 30 µg/m3 en IT4: 20 µg/m3. 73 74 75

Made with FlippingBook - professional solution for displaying marketing and sales documents online