perspectieven, geluiden, invalshoeken. Maar voor Richard blijft het niet bij de esthetiek van de miniwereld alléén, het is meer. Kees neemt het woord over: ‘Richard is een sociaal dier, dat was ‘ie altijd al. Wij kennen elkaar al jaren, sinds de tijd dat we nog op de Bergweg zaten. Bij Slagerij Haak aan de Crooswijkseweg haalden we nog het wereld- beroemde Uierboord voor onze ouders haha. Richard komt ook uit het assurantievak. Zo’n twintig jaar geleden namen wij zijn bedrijf over en kwam Richard dus bij ons te werken. Hij was altijd een harde werker, zo eentje die je letterlijk naar huis moest sturen aan het eind van de dag.’
een vierdimensionale bloemlezing. Een senioren- vrijwilliger van Limburgse afkomst legt rustig uit: ‘dat Monster van Loch Ness trekt, terecht, veel de aandacht, maar zelf ben ik momenteel bezig met deze mijnschacht. Als Limburger natuurlijk extra interessant haha. Wacht even dan doe ik een lampje voor je aan. Hier zie je hoe we proberen een kolenlift met verlichting te maken. En in de cabine van dit vrachtwagentje moet ook nog verlichting komen...’ Trots, en zonder te trillen, houdt hij het vracht- wagentje voor zijn en mijn ogen. We lijken wel reuzen, maar tegelijkertijd maakt de miniwereld
en de bescheidenheid van de medewerkers je juist nederig en klein en die ambivalentie voelt als een warm bad. ‘Naarmate de jaren vorderen kijk je toch steeds vaker terug. De tijd van vandaag de dag is toch verhard en verruwd, vind je ook niet Kees? Kijk eens, door onze hobby kunnen we hier toch steeds weer een sprongetje naar vroeger nemen… noem het nostalgie… maar ik word hier steeds weer gelukkig van, echt waar…’
De andere wereld van Richard Volwerk is zoals Richard Volwerk zelf is: hartverwarmend.
“Ik word hier echt gelukkig van.” - Richard Volwerk
Richard vult aan: ‘Verzekeringsmensen zijn graag in contact met mensen, het is immers een dienstverlenend beroep! Het is dan ook geen toeval dat wij de hele inboedel bij Van Steensel ondergebracht hebben. Net als Kees ben ook ik een mensenmens. Iedere dinsdag komen we hier bijeen met vrijwilligers. Het zijn veelal hobbyisten die zich onbezoldigd inzetten om Miniworld in stand te houden. Denk aan onder- houd, reparatie, maar ook innovatieve vond- sten. Onder deze gigantische maquettes gaat een wereld schuil van kilometerslange spoor- banen, elektriciteitskabels, schakelkasten, com- putersystemen, beveiligingssystemen… Tevens hebben wij vrijwilligers in dienst die een “rugzakje” hebben. Zij verrichten ook veel nuttig werk voor ons. Je kunt je voorstellen wat hier allemaal gestofzuigd en afgestoft moet worden… dag in, dag uit… Al met al een team vol goedwil- lenden en allemaal, niet vergeten, onbezoldigd. Het is pure liefhebberij.’
De museumwaardige onderdelen van de minia- tuurwereld, bijvoorbeeld modeltreinen en wissel- stations (maar eigenlijk veel te veel om op te noemen), komen grotendeels voort uit schenkingen van onder andere overleden men- sen. Alles wat we te zien krijgen, blijft eigendom, soms middels een bruikleenovereenkomst, van de Stichting Meemaken in Miniatuur. Andere onderdelen komen voort uit sponsoring, herken- bare gebouwen en/of bedrijven-met-naam laten zich niet onbetuigd en geven deze mini- wereld een nóg realistischere touch. De gelijkenis met de werkelijkheid is verbluffend. We vervolgen onze weg door het miniatuurland- schap dat grotendeels een verkleinde weergave van Rotterdam-Rijnmond te zien geeft, maar het is weidser en groter dan dat. Bij Feyenoord- stadion De Kuip blijven we staan. Een vrijwilliger drukt op wat knopjes en plots schiet de verlich- ting aan en daalt vanuit het schijnbare niets de
Feyenoord-helikopter, beroemd vanwege het enorm aantal miskopen dat in het pré-Arne Slottijdperk op de lachspieren werkte van menig voetballiefhebber. Richard vervolgt zijn verhaal: ‘Hoe gek het ook klinkt, maar mijn verhaal begint in feite hier… ik ben geboren op het Noordereiland in de Feijenoordstraat haha. Op jonge leeftijd ver- huisde ik naar Crooswijk waar ik ben opgegroeid en waar mijn liefde voor Sparta werd gewekt. Toen ik 13 jaar was, kreeg ik van mijn ouders een speelgoedtreintje van de Hema. Dat is dus een kleine 55 jaar geleden. Pas geleden kwam ik een identiek treintje tegen in een collectie die iemand had geschonken… toen eh…’ De ogen van Richard schieten vol. Tot op de dag vandaag kan hij zich de dag van toen herinne- ren. Het speelgoedtreintje van de Hema bracht hem voor het eerst in die “andere wereld” waar
hij anno nu met zoveel passie over spreekt. Ook thuis heeft hij, middels een omvangrijke in- en uitklaptafel, een kamer ingericht die hem toegang tot zijn “andere wereld” verschaft. We staan stil bij de miniatuurweergave van de Rotterdamse haven en Richard vertelt: ‘Hier bij deze spoorbanen kunnen scholieren bij- voorbeeld hun zogenaamde “rangeerdiploma” halen, prachtig om dat enthousiasme van jonge- ren te zien. Alles beweegt, knippert, rijdt. Het is Rotterdams erfgoed dat wij beheren, dat maakt me trots. Miniworld Rotterdam is zo omvangrijk en zo gedetailleerd dat ik nog altijd nieuwe dingen zie en ontdek, terwijl ik toch al acht jaar secretaris ben van onze club.’ De vergelijking met een kunstwerk van Salvador Dalí of een gedicht van Bob Dylan dringt zich op. Je bekijkt of beluistert het duizend keer en tóch zie of hoor je steeds weer nieuwe dingen,
Een laatste pronkstuk luistert naar de naam Groot Brittannië in Miniatuur met als subtitel
220
221
Made with FlippingBook flipbook maker