Van Steensel 60 etappes

Hoogtijd voor een eerste serieuze speldenprik:‘

Goed. Recapitulerend is de man die op ander- halve meter van mij zit dus de half-Britse verzekerings-nerd, de vakidioot, de vraagbaak van Van Steensel, de Bachelor of Arts-to-be Thomas van Nieuwkasteele, afstammeling van een koetsier die in de tijd van Napoleon Bonaparte op zoek was naar een nieuw kasteel. En alsof het allemaal nog niet genoeg is, laat Thomas ook nog eens weten dat hij in zijn vrije tijd graag strategische bordspellen speelt. Wat dat inhoudt? Met vrienden een weekend lang het Ardennenoffensief naspelen. ‘Maar we drinken er ook een biertje bij hoor’, voegt hij knipogend toe.

vormen van respect bedoeld) vakidioot die beschikt over alle denkbare papieren en diplo- ma’s en die bovendien intern en extern bekend staat als dé vraagbaak. Kees noemt hem een verzekeringsorakel, ik noem hem een wonder- kind. En aangezien volgens Goethe de geschie- denis van een mens zijn karakter is, geeft ons wonderkind ook nog eens karakterologisch blijk van trouw en empathie als hij zijn leven met zijn wederhelft Else-Marijn en hun zoontje Valentijn beschrijft: ‘Ik leerde Else-Marijn bijna veertien jaar geleden kennen. Zij zei al meteen last te hebben van een stoornis in het evenwichtsorgaan die aanvanke- lijk moeilijk te diagnosticeren bleek voor artsen, met alle gevolgen van dien met betrekking tot arbeidsongeschiktheidsverklaringen en derge- lijke. Maar het was liefde op het eerste gezicht dus ik ondersteunde haar vanaf dag één in die strijd. Na jarenlang knokken en zoeken hadden we eindelijk een arts in het Erasmus gevonden die haar stoornis officieel diagnosticeerde. Na aanleiding van die diagnose, kon het juiste revalidatietraject worden gestart, waardoor Else-Marijn zo goed als volledig is hersteld Dat is al met al niet eenvoudig geweest. ’

De geschiedenis van een mens is zijn karakter – een uur geleden stond een andere Thomas te modelleren voor de lens van Peter Dane dan de Thomas die we inmiddels hebben mogen leren kennen. Thomas haalt zijn neus op voor de tand des tijds, doet niet mee aan modegrillen en laat zich niet beïnvloeden door nieuwerwetse inhoudsloze nietszeggende uiterlijkheden. Thomas van Nieuwkasteele heeft die heilloze flauwekul niet nodig, what you see is what you get, en precies als ik dat alles heb vastgesteld tikt Kees beleefd met zijn kopje op zijn schotel- tje: ‘En ik heb nog een nieuwtje. Dit weet, buiten Thomas zelf, nog helemaal niemand, maar ik ben er heel trots op dat ik kan mededelen dat ik Thomas per 1 januari 2021 benoemd heb tot adjunct-directeur van Van Steensel Assuranti- ën…’ En Thomas van Nieuwkasteele zou Thomas van Nieuwkasteele niet zijn als hij niet bescheiden zou glimlachen, niet beleefd zou bedanken voor het gesprek omdat ondertussen een klant zijn hulp verwachtte en voor de ongewoon gewone Thomas is niets belangrijker dan dat.

Mijn wijlen vader heeft ook een carrière van 42 jaar in de verzekeringen gehad. Bij de RVS. Maar geen haar op het hoofd van mijn broer of van mij om de verzekeringen in te gaan… met alle respect…’ Al is het mij menens, Kees en Thomas kunnen lachen om de anekdotes-in-één-minuut van mijn puberleven (bier-sigaretten-rockbandjes- cafés-slechtbetaaldeoptredens) dat zich met van alles bezighield, behalve met verzekeringen. ‘Mijn moeder had kanker in die tijd, dus de onze- kerheid en angst waren voor mij motivatiebron- nen om voor dit vak te kiezen. Zo’n ziekte geeft toch een andere mindset, het doet wat met je verantwoordelijkheidsgevoel…’ ‘…het lijkt haast op mijn verhaal’, vult Kees aan, ‘mijn moeder was ook ernstig ziek toen ik puber was, alleen heeft zij het niet overleefd helaas. Zo’n tragedie vormt je wel. Als puber en vanzelf- sprekend later als mens.’ Hierdoor komt de carrière van Thomas op jonge leeftijd onbedoeld in een stroomversnelling te- recht, niet in de laatste plaats door toedoen van zijn vader: ‘Hij gaf les aan medewerkers maar ook aan de kinderen van de assurantiekantoren waar hij als accountmanager van De Goudse langskwam. Toen ik op de Meao zat heeft hij mij in het eerste jaar ook thuis les gegeven. Op mijn zeventiende, dat was in 1999, had ik daardoor al mijn Assurantie-B gehaald. Ik was een van de jongste die dat examen deed. Een jaar later kwam ik al parttime te werken bij Verzekeringsbeheer in Rotterdam. Ik was op jonge leeftijd al heel serieus en heel volwassen. Al was ik gek op verzekeringen, ik wilde eigenlijk nóg liever geschiedenis studeren, maar dat ging niet. Maar dat gemis haal ik nu in. Aan de Open University van Milton Keynes. Ik heb al vier van de zes modules gehaald. Nog twee en dan ben ik Bachelor of Arts.’

Kees speelt er direct op in:

‘Ik geef Thomas inderdaad alle ruimte voor die studie. Kijk, wij zijn een familiebedrijf en vinden het belangrijk dat mensen zich persoonlijk kun- nen ontplooien en ontwikkelen, ook al heeft dat in Thomas’ geval inderdaad geen directe raak- vlakken met onze verzekeringswerkzaam- heden.’

“Thomas is de vraagbaak van Van Steensel.”

‘En jullie zoontje? Valentijn?’

Gelukkig maar, want die bewuste klant van vrijdagochtend 15 januari 2021 was ik zelf.

‘Hij is bijna vier jaar. Het is nog niet officieel vast - gesteld, dat kan op deze leeftijd niet, maar het vermoeden bestaat dat hij hoogbegaafd is. Twee ervaringsdeskundigen hebben afgelopen zomer ons vermoeden bevestigd. Zij vermoeden dat Valentijn cognitief 6 tot 8 jaar is. Aangezien hij emotioneel wel zijn werkelijke leeftijd is, geeft dit wel een behoorlijke uitdaging.’

Het is voor Thomas een geruststellende gedachte dat hij weldegelijk op universitair denk- en leer- niveau mee kan en omschrijft dit gegeven als een overwinning op zichzelf. Het zegt iets over zijn discipline en toewijding. Gaandeweg zijn leven weet hij steeds gerichter wat hij wil. Thomas is een gevoelsmens en het gevoel is in 2005 als hij solliciteert bij Van Steensel meteen goed. Ja, het is zeker de aangename en ongedwongen werksfeer, maar doorslaggevend voor Thomas is toch vooral de pertinente wil om dienstver- lenend voor de klant te mogen werken.

‘En waaruit blijkt zijn hoogbegaafdheid?’

‘Onlangs gingen we naar Blijdorp. Vroeg hij me “papa, waar zijn ze nou gebleven?”. Ik vroeg hem wie of wat hij bedoelde. “Die babyijsbeertjes”, antwoordde hij. Ik stond perplex. Die babyijs- beertjes had hij inderdaad gezien in Blijdorp… toen was hij anderhalf…’

Onder de vleugels van Kees ontwikkelt Thomas zich binnen vijftien jaar tijd als een (met álle

24

25

Made with FlippingBook flipbook maker