Etappe 47, Paviljoen Malieveld
Levensgeluk op het Malieveld “Er ontgaat mij niets, dat is mijn tweede natuur.”
Wees eerlijk. De eerste associatie die je vandaag de dag legt als je het woord Malieveld hoort, is de boze mens. De boze mens met een mening. De boze mens die vindt dat zijn/haar mening vooral gehoord moet worden. Luidkeels. Met vlaggen. Spandoeken. Tractoren. Podia. Mega- foons. Opgezwollen nekaderen. Sirenes. Herrie. Maar gelukkig bevindt zich op de meest zuidelijke hoek van dat episch centrum van nationaal ongenoegen een oase van rust en gemoedelijk- heid in de vorm van Paviljoen Malieveld. ‘Als het buiten “heet” wordt, dan doe ik dit…’, zegt de 63-jarige eigenaar Ruud Louwerens, terwijl hij kalm naar de serre loopt. In plaats van zijn zin af te maken laat hij kalmpjes een rolluik naar beneden zakken. ‘Zo. Opgelost.’ De geboren Rotterdammer (“eigenlijk is het Overschie, want die gemeente is ouder dan Rotterdam!”) annex Feyenoordsupporter Ruud Louwerens gaat er eens goed voor zitten. Om het wachten te doden, hebben Kees en ik
zo-even een portie poffertjes verorberd. De poedersuiker zat tot op onze konen. ‘Die waren heerlijk Ruud!’, zei Kees. ‘Dan hebbie mazzel gehad, hebbie precies de goeie gehad’, had Ruud geantwoord. Een drogere versie van hu- mor dan de Rotterdamse bestaat niet. ‘In 1974, ik was veertien, moest ik mijn brommertje verzekerd hebben. Zodoende kwam ik uit bij Borgdorff bij ons in Overschie. Ik heb sindsdien altijd contact gehad met Chris Borgdorff. Alle verzekeringen had ik bij hem ondergebracht. Wat een mooi mens was dat, hij was echt een vriend van me. Het is toch niet te geloven dat ’ie er niet meer is… die kloteziekte ook… pas was zijn vrouw Rinske hier nog… ik euh…’ Lees hier de etappe van Chris Borgdorff Voor de eerste keer dit gesprek (het zou nog twee keer voorkomen) vullen de ogen van Ruud Louwerens zich met tranen. Een gemiddelde met emoties kampende Rotterdammer hoest een keer, neemt een slokje water, vloekt inwendig, bestudeert vluchtig de denkbeeldige
levenslijnen op het plafond en gaat weer verder tot de orde van de dag.
‘Sinds 1977 ben ik hier al werkzaam. Dat zit zo. In 1953 kocht mijn oma dit paviljoen dat vóór de oorlog overigens nog op de boulevard van Scheveningen stond. Ze runde de zaak met haar dochter en zoon Corry en Wim. In 1979 ging ik in militaire dienst. Ik was geen schooltype. Mijn leven bestond toen uit werken in het Paviljoen en korfballen wat ik heel graag deed. Ik speelde achtereenvolgens bij Kwiek, Ons Huis en Velox. Na mijn diensttijd kwam ik dus in vaste dienst in dit Paviljoen bij mijn oom en tante. In 1982 hebben we de hele boel grondig verbouwd. Op zaterdag 25 september hebben we dat jaar de heropening groots gevierd, dat weet ik nog goed. Mijn oom Wim overleed in 1985 en mijn tante Corry in 1998. Sindsdien doe ik het in mijn uppie… nog wat drinken heren?’ “Waren de poffertjes lekker? Dan heb je net de goeie gehad!” Haast geruisloos stapt Ruud richting keuken. Ondertussen schieten zijn ogen van links naar rechts (“er ontgaat mij niets, het is mijn tweede natuur”). Een vriendelijk knikje naar een gast, een minimaal gebaar naar een medewerkster. Gemoedelijkheid is hier troef. Twee net geklede zakenmannen nemen plaats in de serre. Hun colberts worden over de rugleuning van de stoelen gehangen. Ze stropen de mouwen van hun overhemd op en bestellen een pilsje. Een Spaans gezin met twee kleine kinderen kiest een tafel met uitzicht op het riante, maar verder kale
Etappe 36
Rotterdam- ‘s-Gravenhage| 7 juli 2023
Start
Prins Pieter Christiaanstraat 61, Rotterdam | Van Steensel Assurantiën
Finishplaats
Koekamplaan 6, ’s-Gravenhage | Paviljoen Malieveld
Etappewinnaar Ruud Louwerens
194
195
Made with FlippingBook flipbook maker