De duik in het verleden, zonder zwembandjes, doet Rinus zichtbaar goed. Na de plons begint het voorzichtige watertrappelen waarna het zwemmen kan beginnen. Baantjestrekken. Dat doet een ondernemer het liefst. Dan houd je het het langste vol. Want golven zijn er ook. De reclamewereld verandert, de computers doen hun intrede, in de MKB gaat de hand steeds meer op de knip als het om reclamebudgetten gaat. De wereld verandert zienderogen. Zijn dochter Inge komt de gelederen versterken: ‘Ik werkte als secretaresse bij Coopers & Lybrand. Hartstikke leuk werk op zich, maar ik wilde ook mijn vader helpen. In 2002 trad ik bij hem in dienst… kijk, het bedrijf van mijn vader hóórde gewoon bij ons gezinsleven. Vaak aten we ’s avonds nog op kantoor, als het werk nog niet af was. Mijn moeder Elly kookte, deed het huishouden én de boekhouding op de zaak. Het waren, zijn, harde werkers hoor mijn ouders…’ De kredietcrisis van 2008 hakt er stevig in. Eerste bezuinigingspost van het MKB? Het recla- mebudget. Ook Lievaart Vormgeving & Commu- nicatie ontkomt er niet aan. Hoe hard je ook werkt, hoe trouw je je ook opstelt naar je klan- ten, it takes two to tango. Rinus moet bezuini- gen hetgeen Inge doet besluiten om terug te keren naar PWC (het voormalige Coopers & Ly- brand). In 2008 is Rinus 64 jaar – hij moet eerdaags be- slissingen maken over zijn toekomst, lees opvol- ging. Als het stof van de kredietcrisis eenmaal is gedaald, besluit Inge terug te keren naar het bedrijf van haar vader en dit keer voorgoed. We schrijven donderdag 1 januari 2009 als Inge het Lievaart Vormgeving & Communicatie definitief overneemt. Wanneer kreeg Rinus eigenlijk door dat zijn dochter Inge wel eens zijn opvolger zou kunnen zijn? ‘Dat weet ik nog heel goed, want daar had ik mooie testcase voor. We hadden een mooie op- dracht binnen van het Instituut Kaderopleiding
dat onder meer werkt voor de politie en brand- weer. Dat deed Inge perfect. Het nam alle twijfels weg.’ De ogen van zijn dochter glimmen van trots. Hoe oud we ook zijn, kinderen blijven gevoelig voor de trots van hun ouders. ‘Ik ben gek op de dynamiek en de creativiteit van ons vak!” ‘De samenwerking tussen mijn vader en mij lijkt in alle opzichten op die tussen Cor en Kees. Mijn vader was ook best hard voor mij. Direct. Dat botste wel eens ja, maar ik heb ook vreselijk veel van hem geleerd in die jaren. Het ging allemaal niet vanzelf. Ik ben gek op de dynamiek en de creativiteit van ons vak. Ik zou niets anders meer willen.’ Je moet erin groeien, in het leiden van een bedrijf. Het is een proces. Zelfverzekerdheid en twijfel komen en gaan als het getij van de zee. De goedlachse Inge kijkt, ruikt, voelt, leert, maakt fouten, valt, krabbelt weer op, spreekt, lacht, kijkt en leidt. Ze praat graag en als ze luis- tert praten haar ogen door. Ze kent inmiddels haar pappenheimers, maar dat betekent niet dat zij haar ogen onophoudelijk laat fonkelen, omdat iedere dag nieuwe kansen belooft. ‘Nadat mijn vader definitief gestopt was, koos ik meer en meer mijn eigen richting. In de tijd van mijn vader bestond 80 procent van onze omzet uit printwerk. Nu is dat zo’n 40 procent en bestaat 60 procent uit digitaal werk. Zo bouwen en ontwikkelen we steeds meer websites. In 2016 heb ik Nicky aangenomen en hebben we techneut Martijn als developper als wij er echt niet meer uitkomen. We zitten hier goed, hè Nick?’
Het antwoord van Nicky vertaalt zich in een spontane lach waaraan zij alleszeggend toe- voegt: ‘jullie hadden het net toch over familie- bedrijven? Nou Rinus en Elly voelen als opa en oma voor mij hoor!’ Nicky is medeverantwoordelijk voor de vorm- geving van de website van de 60 Etappes van Van Steensel. Samen met Inge inventariseert zij de teksten en de foto’s van Peter Dane. Nicky en Inge voelen zich als de bovenburen van Van Steensel als vissen in het water. Toch kende de verhuizing van Lievaart van de Metaalhof naar de huidige locatie aan de Prins Pieter Christiaanstraat 61 een kortstondige tussenstop in Capelle: ‘Wij werkten veel samen met Michel Zijderveld van Drukkerij Reproprint, overigens ook een familiebedrijf. Hij zat gevestigd op industrieter- rein De Mient in Capelle. Hij had een mooie kan- toorruimte voor mij beschikbaar want het pand aan de Metaalhof was te groot, hadden we hele- maal niet nodig. Michel kreeg kanker en ging vervolgens failliet. Een half jaar daarna overleed hij…. 49 jaar… het was een trieste tijd. Maar toen belde Kees op…’ Kees: ‘ik vond het zó klote voor Inge… we hadden al zó lang zó fijn samengewerkt dus ik zei…’ Inge: ‘”joh”, zegt Kees, “waarom kom je niet bij mij bo- ven zitten? Ik heb een hartstikke mooie kantoor- ruimte voor je beschikbaar…” Typisch Kees. Alles kwam toen eigenlijk weer samen, hè pa?’ Rinus lacht terwijl hij zich tegoed doet aan een tweede roomboterkoekje. Met zijn duimen speelt hij met zijn bretels. Hij vraagt Inge om nog een kopje koffie, om er met een knipoog aan toe te voegen: ‘Ik had zelf willen pakken, maar ja… mijn knieën hè…’
Familiebedrijven.
In een wereld die steeds harder, sneller en kouder dreigt te worden houden familiebedrijven ons op de been, want familiebedrijven lezen en schrijven met elkaar.
40
41
Made with FlippingBook flipbook maker